Leiden – de eerste drie maanden

Net terug van een heerlijke vakantie in de Franse Dordogne ging mijn grote Leidse avontuur van start. Na een intensieve periode van solliciteren, op gesprek komen, proefspelen, het vernemen van het goede nieuws en het daaropvolgende afscheid van mijn Utrechtse Tuindorpkerk waar ik 17,5 jaar gewerkt heb, was het echt even op adem komen in de Franse natuur met regelmatig een bezoekje aan een Franse kapel, kerk of kathedraal die toevallig op onze route lag.

In de aanloop naar 1 augustus 2018, de officiële datum van mijn indiensttreding, was ik al regelmatig in Leiden geweest en had al met diverse mensen kennis gemaakt. Zo was het bijvoorbeeld niet zo ingewikkeld om de dirigent van de cantorij regelmatig tegen te komen, genietend voor zijn huis van het heerlijke zomerweer. Of hij kwam ons tegen als we bij wijze van inburgering een biertje dronken bij een festival op het Hooglandse Kerkplein. Ook bij het café om de hoek werden we al snel geïntroduceerd door een aantal cantorij-leden. En zo ging het van start. 

Het voordeel van beginnen in de zomer is dat je niet midden in het seizoen valt, maar gefaseerd kunt opstarten. Mijn eerste dienst op 5 augustus was daarom een dienst zonder cantorij, waarin ik me helemaal op het orgel(spel) op het De Swart Van Hagerbeer-orgel kon richten. Eén van de Leidse muurgedichten met het thema ‘Stilte’ stond centraal en ds. Margreet Klokke nodigde me uit om flink van me te laten horen in deze eerste dienst. Het was een mooie uitdaging die ik onder meer ben aangegaan door het spelen van Bert Matters indrukwekkende bewerking van Psalm 65 ‘De stilte zingt u toe, o Here’.

Al tijdens mijn sollicitatieprocedure had ik bedacht dat, áls ik het zou worden, het dan heel leuk zou zijn om een keer mee te zingen in een Evensong. Die kans kwam al snel, want Huw Williams zou The Willis Chorale komen dirigeren. Dit is een enthousiaste groep gevorderde zangers uit Leiden en omstreken die graag Engelse koormuziek zingt en in één weekend per jaar een Evensong instudeert en uitvoert op hoog niveau. Erg leuk om onder zijn bevlogen leiding te zingen en een mooie gelegenheid om vertrouwd te raken met de karakteristieke klanken van het Willis-orgel, bespeeld door de uitstekende Engelse organist Martyn Noble.

 

En zo ging zachtjes aan ook de samenwerking tussen de Leidse Cantorij en ik als nieuwe organist van start. De kans werd meteen aangegrepen en een interview werd vastgelegd in een filmpje, dat terug is te zien op het YouTube-kanaal van de Leidse Cantorij. 16 september was een mooie eerste gezamenlijke dienst met ds. Margreet Klokke, waarin ik ‘in de bediening werd gesteld’, zoals dat nog een beetje ouderwets volgens de kerkorde heet – een bijzonder moment dat ik niet snel zal vergeten.

Zaterdagavond 20 oktober organiseerde ik mijn eerste orgelconcert, een prachtige avond waaraan Nico van der Meel meewerkte. Het eerste deel bestond uit muziek uit de tijd van De Swart – Van Hagerbeer met werken van Sweelinck, Van Noordt en Cornet. Van deze laatste speelde ik steeds de inleidende orgelverzen van zijn Salve Regina en Nico zong de Gregoriaanse verzen. Een blokje rondom het kabinetorgel, oorspronkelijk afkomstig uit het Weeshuis op de Hooglandse Kerkgracht, met muziek van Ruppe die daar gewerkt heeft. Nico markeerde dit blok door twee liederen over weeskinderen. En tenslotte muziek van Bach, met de zesde Triosonate en de Fantasie en Fuga in g (BWV 542), vertaald naar De Swart – Van Hagerbeer. Een swingend slot en heel enthousiast publiek!

En zo beginnen we een beetje aan elkaar te wennen, de Hooglandse Kerk, de Leidse Binnenstadsgemeente, de Leidse Cantorij en de nieuwe organist. Ik kijk met veel plezier uit naar de komende periode, waarin ik voor het eerst in Leiden Kerst ga vieren. De Cantorij verzorgt jaarlijks traditiegetrouw het Adventsconcert op de 4e zondag van de Advent. Ik heb er zin in en hoop dat we in de eerste drie maanden een goede basis hebben gelegd voor een duurzame, muzikale toekomst.

Zijn eerste concert

Zijn eerste concert

Er kwam een berichtje uit Duitsland met de vraag of ik op een datum ergens in het volgende jaar tijd had om een orgelconcert te komen geven. De stijl van het berichtje deed mij vermoeden dat het afkomstig was van een wat oudere man die groot geworden was in het handgeschreven brieven-tijdperk. Het was niet helemaal duidelijk om wat voor orgel het ging, maar ik ging toch op de uitnodiging in en ik stuurde een berichtje terug dat ik wel wilde komen.

Na weken van radiostilte kreeg ik ineens een pakket met concertfolders en informatie over orgel en kerk van over de grens. Ik had er geen rekening meer mee gehouden, maar gelukkig was de datum nog vrij. Of ik geen Bach wilde spelen, want dat paste niet zo goed op het orgel. Natuurlijk. Tot uw orders.

Met onder andere de Holbergsuite van Grieg,Vallée des danses en natuurlijk Happiness van Wammes op het programma togen echtgenoot en ik naar Duitsland en werden met koffie en taart ontvangen door een ietwat zenuwachtige gastheer – hij bleek inderdaad al ruime tijd gepensioneerd te zijn – die vertelde dat hij voor het eerst van zijn leven een orgelconcert mocht organiseren. Uit alles bleek dat hij dat een spannende aangelegenheid vond. Hij wilde geen seconde van de voorbereidingen missen en toen ik wat bedenkelijk keek omdat ik een bepaalde registercombinatie niet kon vinden dacht hij dat het orgel kapot was en dat het concert niet door kon gaan.

Gelukkig kwam alles goed en na een staande ovatie aan het einde van het concert namen we afscheid van onze gastheer, die tot tranen toe geroerd was. Hij had op een mooi concert gehoopt, maar dat het zó bijzonder was geworden had hij niet verwacht. Wat een voldoening!